Ik zit stil en wordt omringd door wit marmer.
Ik zuig, de hele tijd. Ik kan er niets aan doen. Dat is mijn aard. Ik moet zuigen anders besta ik niet, heb ik geen nut. Gelukkig wordt ik nu en dan teder losgerukt om eventjes in het ijle te dwalen. Ik ga van de ene hand in de andere om dan weer abrupt en krachtig terug vastgepind te worden op mijn vast plaatsje. Mijn dagen zijn eenzaam, maar dat geeft niet want ééns per dag ben ik in de hemel.Dan gutst regen in alle kleuren en temperaturen over me heen en geniet ik van een onbeschrijfelijk panorama. Ik zie wat enkele maar mogen zien en geniet hier van, met volle teugen. Ze weten niet dat ik dit kan. Toch lik ik hen soms terwijl mijn talrijke ogen starend vastgepind staan op hun menselijke rijkdom. De mooiste dagen zijn diegene waarin ik vier voeten streel. Het uitzicht dán is met geen pen te beschrijven. Ik kan wel degelijk blozen alleen ziet men het niet.Deze dagelijkse, routineuze ervaring troost me. Dit kwartiertje geluk vult de vijfennegentig komende.Ik verafschuw de dag dat ik me, oud en versleten maar met een bijbel aan herinneringen, moet voegen bij de andere afgeschreven .. badmatten.
vrijdag, november 10, 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten